.
1614 - DE GROTE OORLOG :
DE HERDENKINGEN ZIJN BEGINNEN
.
.
I) INLEIDING
De Krant van West
Vlaanderen… Een stil weekeinde vol persoonlijke herinneringen bij ’t lezen van
een werkstukje in dit weekblad uit de Knack-stel. Vòòr het was overgenomen,
heette dat blad Het Iepers Nieuws, en nog vroeger ’t Iepertje. Maar helaas!
Waar is der Oud’ren fierheid nu gebleven!!!
Ons moeder (°1902) heeft
de Grote Oorlog ’14-’18 van het begin tot het einde meebeleefd in het Oostendse
hinterland, en is pas (om den brode) de Verwoeste Gewesen ingetrokken in 1919,
toen de Tjangs (Chinezen) ofwel in de lucht gevlogen, ofwel gedaan hadden met
het front te ‘effenen’. Ze had 3 van haar oudere broers vier en drie jaar in de
loopgraven gehad o.a. bij Steenstraete in het Ieperse, en toen ze na de oorlog
daar onze Pa ontmoette, wilde geen van deze Oudstrijders naar die vervloekte
streek terugkomen om mee te lachen en te dansen op hun trouwfeest.
Onze Pa (°1904. St
Jan-bij-Ieper) was heel de oorlog met gans de familie met hebben en houden naar
Amiens (Frankrijk) gevlucht en kende de streek, zelfs onherkenbaar verwoest, dus op zijn duimpje. Zij waren het eerste trouwers
dat in ‘de stenen kerk’ was kunnen trouwen (1924) want tot hiertoe waren alle
openbare gebouwen, zelfs de kerk als de school, in houten barakken van
‘Wederopbouw’ gevestigd.
Het duurde (zo heb ik
altijd horen veertellen) tot de Menenpoort ingehuldigd moest worden (1929) voor
die broers durfden/wilden terugkomen op de plaats waar ze die oorlogsjaren
hadden doorgebracht. Als kind heb ik de vergeelde foto’s gezien, van die 2
Nonkels aan het Gas-Memorial der Fransen op ’t Wieltje, waar volgens het
artikel hieronder, de eerste gasaanval heeft plaatsgevonden.
In een recente uitgave van
de Heemkundige kring van St Jan, staat een foto van mij en mij klasje van het 1ste Leerjaar, op
dezelfde plaats, genomen in 1942 op de toegangstrappen naar dat monument.
Later heb ik gelezen, dat
daar de beslissende wending van de oorlog op een haar na, NIET is gebeurd. De Fransen, totaal verrast door die aanval
met dat onbekend wapen, waren gedood, gevlucht of verlamd, maar de Duitsers
waren (onbegrijpelijk) niet voorzien om in de bres te springen.
Dagen voordien waren daar,
onder strenge geheimhouding, die rare stalen cilinders in de grond gestopt. Alleen de Duitse genie-officieren
wisten wat er zou gebeuren, wnat om militair tactische redenen werd de eigen
infanterie niet eens ingelicht. Wist er trouwens wel iemand precies wat er ging
gebeuren, eenmaal die dingen werden open gedraaid?
Hadden ze wel de nodige
voorzieningen getroffen om mankracht in de bres te gooien, dan konden de
Engelsen in de vooruitgeschoven ‘Ypres Salient’ in de rug worden aangevallen,
en was het front meteen opengebroken. Want een paar kilometer verder westwaarts
waren de Duitsers er dezelfde nacht eveneens in geslaagd om Het Sas van
Boezinge in te nemen (weeral onverwacht) en zouden de geallieerde troepen aan
de IJzer van Boezinge tot in Nieuwpoort ook zijn omsingeld.
Maar de Duitse troepen te
velde geloofden niet meer zo sterk in de overwinning in 1917 als 3 jaar voordien. De echo’s van de Arbeidersopstand
in Sint Petersburg (Pantserkruiser Potemkin) deden hun werk en ook de strijders
van de twee partijen van het Westelijk Front waren moe.
Herberg ’t Wieltje
is al lang geen herberg meer, want verbouwd tot een mooie fermette in een of
andere non-style. Nicolaas de Kanonnier, die van hieruit op deze hoogte in
vroegere jaren de Franse koning die Ieper weer eens belegerde, bijna de kop
afschoot (en daarvoor achteraf bevorderd werd tot Kanonnier des Konings), is
een volksheld geworden, die alleen nog bij de Kattestoet tevoorschijn komt.
Het gehucht ’t Wieltje van
hooguit 20 huizen, ligt al jaren een beetje verloren in een bocht van de Oude
Baan waar niemand nog komt, zodat het gras er tussen de kasseien welig groeit, omdat
de weg naar St Juliaan en verder naar Roeselare er rechtgetrokken werd.
Amper een paar honderd
meter verder, meer Ieperwaarts, komt U op het gehucht De Potyze met op de
Zonnebekesteenweg St Charles, de reusachtige Franse militaire Begraafplaats, die
als inspiratie gediend heeft voor de versregel ‘row on row’ van het ‘In
Flanders Fields-gedicht.
II MIDDEN
Yperiet zou eigenlijk Nieuwporiet moeten heten
Nieuwpoort - Het gifgas zou enkele dagen voor het
in Ieper werd gebruikt, ook al gebruikt zijn in Nieuwpoort, zo zou blijken uit
een Australisch dagboekfragment.
De vereniging Association for Battlefield Archaeology
and Conservation (ABAC) kwam al in 1999-2000 in de media met de onthulling van
de aanwezigheid van WOI-tunnels onder de voormalige frontstad Nieuwpoort.
Vandaag, op de vooravond van de grote herdenkingen rond 100 jaar Groote Oorlog,
dropt de vereniging een bommetje over het eerste gebruik van mosterdgas, beter
bekend onder de naam Yperiet. Het gifgas kreeg die naam omdat het werd ingezet
in de nacht van 12 op 13 juli 1917 tussen ‘t Wieltje en Hooge, Potijze en Sint-Jan bij
Ieper.
Enkele dagen eerder
Kristof Jacobs en Bert Gunst visten evenwel uit dat
het mosterdgas al op 10 juli 1917 gebruikt werd in Nieuwpoort. Het werd door de
Duitsers ingezet tegen de Britse troepen tijdens de grote Duitse aanval op het
Britse bruggenhoofd ten noordoosten van de IJzermonding. Deze aanval droeg de
codenaam 'Strandfest'. De Australische geschiedschrijver C.E.W. Bean, vermeldde
het eerste gebruik van mosterdgas op 10.07.1917, in zijn werk 'The Australian
Imperial Force in France 1917,Appendix 2 - The 2nd Tunnelling Company in the
Affair at Nieuport'.
Dagboek bevestigt
Een doorbraak naar het echte verhaal kwam er toen
Kristof Jacobs tijdens zijn zoektocht via een Australische contactpersoon een
pagina ontving uit een dagboek. De met de hand geschreven pagina kwam uit een
dagboek van de Australische 36th Heavy Artillery Group, met daarin een
duidelijke bevestiging van het gebruik van mosterdgas te Nieuwpoort op 10 juli
1917.
Eerder al gas?
Overigens maken de onderzoekers ook gewag van een
eerdere gasaanval in Ramskapelle. De Vlaamse hulpdokter Joseph De Cuyper
onderzocht op 14 februari 1915 zes soldaten van de 1st Legerdivisie die
duizelden en braakten na een Duitse beschieting bij Ramskapelle. In zijn
rapport verwijst hij dat de Duitsers een gasaanval hadden ingezet met mogelijk
Xylylbromide.
Jean Pascal Zanders, senior researcher at the
European Union Institute of secutity schrijft bovendien in zijn werk “The
destruction of old chemical munitions in Belgium” dat er in maart 1915 in
Nieuwpoort al Franse troepen beschoten werden met gifgas.
*
III
SLOT
Toeval
of niet, maar precies vandaag wordt er alarm geslagen voor de 35.000 ton gifgas-bommen
die enkele meter voor de vloedlijn van
Heist, in 1919 op een zandbank werden gedumpt. De ‘Oorlogsschade’ die het
verslagen Duitsland voor de opruiming betaald heeft, zal weeral, lijk in het
Ieperse, naadloos in de verkeerde tricolore zakken zijn terecht gekomen. Vive
la Belgique en de rest moet zijne kop houden! Elke boer in de Westhoek
zal graag bevestigen wat hun land hen jaarlijks oplevert aan het achtergelaten
oorlogstuig van straks 100 jaar geleden…
Precies
op die plaats in zee, voor de kust van Heist, leed de grootvader van mijn schoonpa
daar in 1928 schipbreuk met zijn vissersloep, de N25. Weken later
spoelde zijn verhakkeld lichaam aan in Knokke, terwijl nog veel later bericht
kwam dat een onbekend lichaam van een jonge man, zijn zoon?, op Walcheren was
aangespoeld en er in een massagraf was begraven. Walche’ren was tgoen, in 1928,
aan de andere kant van de wereld…. Het duurde al een hele lange dag, om met de
tramp van Lombardsydet in Knokke en terug te geraken….
De
N25 was geregisteerd in Nieuwpoort, maar de familie was afkomstig van
Lombardsyde, de plaats Noord-Oost van de Ijzer-monding, die andere plaats zoals
beschreven in bovenstaand artikel, waar er voor ’t eerst gifgas werd gebruikt.
In
de archieven van het Visserij Museum in Oost Duinkerke ligt het verhaal van de
N25 bewaard met foto’s van het in Heist aangespoeld wrak, waarop het
vastgebonden dode lichaam van de meevarende matroos. De dagbladen van toen
vermeldden, weken na het ongeval, dat deze onder zeil varende vissersloep,
vergaan was in een zwarte januarinacht vol storm en ontij. Maar Meetje heeft
tot aan haar dood volgehouden, dat Pee, ervaren zwemmer en boom van een vent, een
ervaren visser van vader op zoon, was uitgevaren via de IJzermonding bij stille
maneklare vriesnacht. Maar het verhakkeld lichaam van haar man had niemand,
toen het begraven werd in Knokke, niet meer mogen zien..
Meetje
heeft altijd beweerd dat er ‘iets anders’ was gebeurd, voortgaande op de uiteen
gereten wrakstukken, maar de Pastoor van Lombardsyde die zei dat ze niemand of
niets zonder bewijzen in opspraak mocht brengen, raadde haar af daarover nog veel te vertellen. Dat ze
in plaats daarvan regelmatig een Wees Gegroetje moest komen bidden in de kerk,
voor O.L. Vrouwke, Sterre der Zee.
De
nagedachtenissen van de op zee gebleven vissers vindt U nog altijd links
vooraan in de kerk van Lombardsyde. Met daarvoor, de zwijgende offerblok waarin
zovele generaties vissersvouwen hun laatste bijeen geschraapte muntjes zijn
komen offeren voor de zielerust van hun Geliefden. Zelfs vandaag brengt die
offerblok nog rijke vruchten voort….
Geschreven door AABEE via
Digitalia
…
…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten