donderdag 30 juli 2009
ZO HOORT U HET EENS VAN EEN ANDER...
ZO HOORT U HET EENS VAN EEN ANDER
Belgische Rekenkunde met Mark Eyskens
25-06-2009 - Geert Van Cleemput - knack
De overwinning van de N-VA doet de promotoren van de modelstaat belgië weer enkele vreemde, zelfs wanhopige, dingen zeggen. Mark Eyskens bijvoorbeeld.
Eyskens (De Morgen, 12 juni) beweert dat, aangezien de N-VA maar 7% van de stemmen in belgië heeft gehaald, zij nog 93% van de belgen moet overtuigen. Belgicisten hebben het dikwijls lastig met rekenkunde. Zo wil men bvb. maar niet met onbetwistbare cijfers over de transfers van Vlaanderen naar Wallonië in heden en verleden voor de dag te komen. Eyskens’ trukje is wel erg sterk: belgische rekenkunde zou ik zeggen.
N-VA hoeft natuurlijk enkel de Vlamingen te overtuigen, niet de Walen. De Walen zijn een ander volk, dat niet overtuigd moet worden. Het is juist deze belgicistische “logica” die alles verrot en die de Vlaamse nederlaag van in het begin vastlegt. Als de meerderheid van Vlamingen zeggen “we doen het alleen”, volstaat dat. Dan resten er enkel nog praktische gesprekken over de scheiding van de inboedel. Vermoedelijk zo’n bijkomende 23% (VB en LDD) van de Vlamingen zijn daar al van overtuigd. (Sommige belgicistische academici komen met de vreemdste studies af die moeten bewijzen dat maar 10% van de Vlamingen voor de onafhankelijkheid zijn. Ze wringen zich in allerlei bochten om de verkiezingsuitslag te miskennen.) We hebben dus al een totaal van 36% onafhankelijkheidsgezinden. Men moet dus nog maar 15% van de Vlamingen overtuigen en we zijn zover.
Eyskens heeft gelijk dat “ de huidige politieke toestand in België druipt van de paradoxen die niet zelden een surrealistisch karakter vertonen.” Maar dat is juist omdat belgië een surrealistisch land is, niet omdat enkele mankementen in de organisatie zijn geslopen, die door een ander (surrealistisch?) kiessysteem kunnen hersteld worden, zoals hij suggereert. België houdt de ontwikkeling van minstens één volk tegen. Wie belgië steunt, houdt de ontwikkeling van Vlaanderen tegen.
Eyskens schrijft: “Communautaire akkoorden tussen Vlamingen en Franstaligen veronderstellen dat beide partijen niet alleen water in de wijn doen. ... Een communautair akkoord kan maar worden bereikt als de twee gemeenschappen er beter van worden. Men moet dus een win-win situatie creëren en een zero-som-spel met winnaars en verliezers tot elke prijs vermijden.”
Eyskens zit behoorlijk fout. Veel hangt af van hoe men “er beter van worden” definieert. De Franse (beter ‘Franstalige’) gemeenschap in belgië behoudt vanuit haar historische machtspositie nog steeds heel wat voorrechten. Hoe kan men haar overtuigen dat zij beter wordt om haar machtspositie af te staan? Niet dus.
Terwijl het ongetwijfeld zo is dat grotere autonomie zowel Vlaanderen als Wallonië ten goede komt, is het evenzeer zo dat men er enkel iemand kan van “overtuigen” diens machtspositie op te geven door zijn eigen macht te gebruiken. Waarom zouden de Franstaligen willen onderhandelen als dat betekent dat zij een deel van hun greep op dit land zullen verliezen? Het is ongetwijfeld zo dat meer autonomie een goede zaak is voor beide landsdelen maar de Franstaligen zien hun invloed in Vlaanderen niet graag verminderen. Macht vinden zij belangrijker dan een gezonde economie en een gezond zelfbesef (de Franstalige verlatingsangst is tekenend).
Als men “er beter van worden” moreel definieert, waarbij men rechtvaardigheid als waardevoller beschouwt dan onrechtvaardigheid, dan is het duidelijk dat ook de Franstaligen beter worden van hun afstandneming van hun belgische voorrechten. Maar, ondanks al de praat over belgische solidariteit, gedraagt het zuiden zich in de communautaire onderhandelingen als een onafhankelijke staat die enkel oog heeft voor macht en niet voor recht en niet als een partner die zelf politiek solidair is met het vrijgevige Vlaanderen. Er rest de Vlamingen dus niets anders dan de Franstalige strategie over te nemen en hun eigen macht (die potentieel veel sterker is dan die van het zuiden) te gebruiken.
Na de grondelgrondwet van 1970 (met als hoofdverantwoordelijke de vader van Mark Eyskens), die de democratie in dit land definitief verkrachtte door Vlaanderen’s demografische, en dus democratische, machtspositie te neutraliseren (we wachten nog steeds op verontschuldigingen voor die onvergeeflijke “kemel”), bestaat Vlaanderens macht vooral in zijn economische sterkte. Het ideale moment om die sterkte te gebruiken is bij de federale regeringsvorming.
Aangezien enkel de Franstaligen voordeel hebben bij het voortbestaan van belgië, vereist een volwassen onderhandelingspolitiek dat Vlaanderen dat uitspeelt. Terwijl de CD&V samen met kartelpartner N-VA het aanvankelijk ernstig leek te menen de Vlaamse macht uit te spelen, triomfeerde alsnog de oude CVP (met o.m. Mark Eyskens), die onder het mom van de economische crisis volledig de mist in ging door Fortis aan Frankrijk te verpatsen, en met een regering “in ’s lands belang” haar verkiezingsbeloften en het Vlaamse belang (sic) volledig opzij zette.
Ondanks de Lambermont-knieval van Verhofstadt, die de Franstaligen op hun wenken bediende toen die financieel aan de grond zaten, zitten deze laatsten binnenkort opnieuw aan de grond. Dat is een goed moment om te “onderhandelen” voor Vlaanderen. Het spreekt vanzelf dat zelfs niet-separatisten moeten dreigen met separatisme als de Franstaligen opnieuw het been stijf houden. Als de fanfare voorop al deuntjes blaast van “lastig gaan we niet zijn”, dan liggen we zeker opnieuw in de touwen.
Eyskens en de Open Vld (beter “gesloten BLD”) liggen al plat door hun pleidooien voor de versterking van de federale staat, de staat die ons nu al zo in de maling neemt. Eyskens is al gerold van het moment dat hij zegt dat we Brussel (en de Rand!) kwijt zijn bij onze onafhankelijkheid. Dat roept zelfs vragen op van goede trouw. Wat bezielt mensen om hun sterkste onderhandelingswapen op voorhand uit handen te geven? De Vlamingen moeten leren dat politiek over macht gaat en niet over dogma’s en hersenschimmen zoals belgië.
Eyskens suggereert een ander kiessysteem, maar zegt niet welk. Ongetwijfeld wil hij een systeem dat ons decennia achteruit zet door onze zelfbeschikking nog maar eens te beknotten. Eyskens vind dat “onze zevende staatshervorming moet worden geplaatst onder het motto 'goed bestuur' en niet [mag] uitgaan van 'etnische' rivaliteiten.” Dat is heel mooi, maar het niet-functioneren van belgië is net het gevolg van etnische rivaliteiten die hun vertaling krijgen in slecht bestuur. Zolang men de kanker zelf niet aanpakt, zal dit land verder wegrotten. Het is niet N-VA, die daarop wijst, die een verrottingsstrategie heeft. Nee, wie belgië koste wat het kost wil behouden, verrot verder de verhoudingen tussen beide volkeren. Laten we zo snel mogelijk met een schone lei beginnen
Bron Iskander
Digitaliaanse Diverse Divergentia
Ik zou zeggen, ‘Wel! Wel! Wie we daar hebben!’ - ‘ Van harte Welkom’ - ‘Zet U bij en drink een glas!’…
Ik zal maar .’Geert’ zeggen, zeker? Want U bent mij een lieve oude bekende. Van uit de tijd van Uw boek, toen U ‘weg ging’ uit het Vlaams Blok/Belang, weet U nog?! Ik mocht dat wel van U, dat boek! Heb het zelf altijd spijtig gevonden dat U het hebt moeten schrijven. Wat dus wel degelijk wil zeggen, dat Ik U liever had zien blijven.
Vijgen (kleine dan nog wel!) nà Pasen, zult U zeggen? Tja, daarin heeft U gelijk….
Ziezo. En nu het ijs gebroken is, even ‘to the point’.
Waarom, beste Geert, horen zien of lezen we zo weinig van U? Voor iemand die op de barricaden staat (wilt staan) moet U toeteren! Dat weet U toch! Wie niet spreekt, wordt niet gehoord! En U verdient beter! De manier waarop U de vloer aanveegt met een oud man, is misschien niet mooi. Maar doet deugd.
En heeft U nu iets verkeerds gezegd? Ik zou het begot niet weten!
Daarom neem ik Uw tekst op voor verdere verspreiding. Met er slechts eenmaal (sic) te hebben aan toegevoegd, en amper 2 lijntjes te hebben in vetjes gezet. Buiten alle persoonlijke rancunes tegenover de boegbeelden van het Vlaams Belang : Geert, jongen, ga eens een praatje slaan met de Bruo! Ik heb een appelblauw zee-groen vermoeden dat hij intelligente jonge mensen in zijn renstal goed kan gebruiken….Oh, de ‘connaisseur’ als U bent: ‘A bon vin pas d’enseigne’…
Pssst
Beste Geert. Sorry U even een beetje oneerbiedig te hebben aangesproken. Was even uit het oog verloren dat U Doctor bent i de Wijsbegeerte, in de Griekse dan nog wel. Er nog nooit aan gedacht om te doctoreren in de Vlaamse Politieke Wijsbegeerte? Maar wat is dat toch met U!! Zelfs Uw CV op Wikipedia wordt betwist…..Enne, a porpos, nu ik daar lees dat U lid bent van de NV-Anders…Twee dingen daarover. In feite twee vragen. Zit U, de felgebekte, daar wel op Uw plaats? En twee: verdient Vlaanderen niet beter? Want…
Pssst II Beste Geert! Onze dun gezaaide ‘bovenlaag’… U weet wel! Mag ik derhalve mijn wensen even voor werkelijkheid nemen…dat U de ‘trait d’union’ wordt tussen half-hard Vlaanderen en kei-hard Vlaanderen?
Pssst III Het spijtige van Uw keiharde vragenstelling aan de oud geworden ‘Kleine Eyskens’ is wel, dat hij nooit zal antwoorden. Wegens betreft op ‘flagrant délict” Het is ook niet al te mooi van U om een oude man in zijn hemd te zetten. Voor het recht zetten van zijn en van zijn vaders fouten zal hem wel de tijd ontbreken. De Here Gods zij hem genadig.
Ik wens het U toe, beste Geert. Eens of anders. Kleine garnalen als Digitalia kunnen allen maar hun vertrouwen uitspreken in ware leiders!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten