donderdag 2 juli 2009

HOOFDDOEKEN STUDEEN EN IMMANS

HOOFDDOEKEN STUDEREN EN IMMANS

De emanciperende kracht van de imam

Jan Denys, arbeidsmarktdeskundige van Randstad, vindt dat islamitische leiders jongeren nadrukkelijker moeten aansporen verder te studeren

Het is interessant om te vergelijken met de rol die Vlaamse priesters speelden in de democratisering van het onderwijs in de jaren 1950. Oudere landgenoten zullen nog kunnen getuigen hoe zij konden verder studeren na tussenkomst van de lokale priester
.

In de commotie over het hoofddoekenverbod in Antwerpen was er te weinig aandacht voor een nochtans belangrijke arbeidsmarktstudie, vindt Jan Denys.

Voor iedereen die begaan is met de moeizame integratie van de allochtonen in onze samenleving in het algemeen en op de arbeidsmarkt in het bijzonder waren de afgelopen dagen bijzonder leerzaam. Bekijken we om te beginnen de berichtgeving in de krant. De voorbije dagen verschenen tal van artikels en opiniebijdragen over het hoofddoekenverbod van het Antwerps Koninklijk Atheneum.

Veel minder aandacht ging naar een nieuwe studie van de VUB met als onderwerp de integratie van de allochtonen op de arbeidsmarkt (DM 25/6). De studie bevat een belangrijke bevinding: de achterstand en moeizame integratie van allochtonen op de arbeidsmarkt heeft vooral te maken met de schoolse prestaties van de betrokkenen en met de kwalificaties waarmee ze de arbeidsmarkt betreden. Latent of manifest racisme of discriminerend gedrag blijken in elk geval een minder belangrijke (maar daarom nog niet onbelangrijke) rol te spelen. Het is een stelling die ik zelf eerder al verdedigd heb in deze krant. Het verschil in aandacht voor de twee gebeurtenissen is op zich al intrigerend. Even veelzeggend is dat de allochtone gemeenschap niet op straat komt om beter onderwijs te eisen maar wel voor het recht op het dragen van de hoofddoek.

Investeren in onderwijs
Met de bevinding van de studie in het achterhoofd komen we bij de oproep van de imam Nordin Taouil aan de ouders om bij het behoud van het hoofddoekenverbod de kinderen thuis te laten. Die oproep kreeg intussen al kritiek uit verschillende hoeken, waarbij het hoopgevend is dat ook bij de allochtone gemeenschap kritische geluiden te horen waren. Het verbijsterende is niet alleen dat de betrokken imam de oproep deed aan de allochtone ouders om de school links te laten liggen. Het is even verbijsterend dat de betrokkene nooit een oproep doet aan de eigen gemeenschap om meer te gaan investeren in onderwijs en ontwikkeling.

Het is in deze interessant om de vergelijking te maken met de rol die Vlaamse priesters speelden in de democratisering van het onderwijs in de jaren 50 van de vorige eeuw. Heel wat oudere landgenoten zullen nog kunnen getuigen hoe zij konden verder studeren na tussenkomst van de lokale priester. Het ging toen steeds om goed presterende Vlaamse jongens die als kind van een arbeidersgezin voorbestemd waren om op 14 jaar te gaan werken. Bij voorkeur in de fabriek waar vader aan de slag was.

Het was de priester die de ouders overhaalde om hun kind te laten voortstuderen. Dat gezag had hij toen nog. Heel wat Vlaamse gezinnen hebben zich kromgewerkt om hun kinderen meer kansen te geven. De overheid sprong bij met studiebeurzen voor begaafde leerlingen. Velen zijn doorgestoten naar hoge posities in de samenleving. Dit alles speelde zich nauwelijks een halve eeuw geleden in Vlaanderen af. Waarom zouden de imams anno 2009 ook niet die emanciperende rol kunnen overnemen? De lage doorstroom van allochtone jongeren naar het hoger onderwijs suggereert dat hier heel wat talent verloren gaat.

Imams zouden ook een rol kunnen spelen om de steun van gezinnen aan studerende kinderen te vergroten. Wie inzake onderwijs geen steun krijgt in het eigen gezin vertrekt in het onderwijs met een grote achterstand. Sommigen zijn van mening dat het onderwijs die handicap wel zal overwinnen, mits er uiteraard voldoende middelen worden geïnvesteerd, maar zij dwalen. Het onderwijs kan dat gat nooit alleen dichtfietsen. Wie dat suggereert, zadelt het onderwijs op met een opdracht die het nooit kan vervullen. Ook de eigen gemeenschap zal hier dus verantwoordelijkheid moeten nemen. Dat mag wat mij betreft zelfs gepaard gaan met het oprichten van eigen islamitische scholen.

En dan is er natuurlijk nog de hoofddoek zelf. Hier willen we ons beperken tot een element dat nog niet aan de orde is geweest in de vele commentaren. Uit eigen onderzoek blijkt dat 60 procent van de werknemers in Belgische bedrijven problemen hebben met het dragen van de hoofddoek op het werk (zowel in de publieke als de privésector). Wie de keuze maakt om de hoofddoek ook in het openbaar te blijven dragen moet beseffen dat het de kansen op de arbeidsmarkt in het gedrang kan brengen. Dat geldt evengoed voor iemand die per se met een hanenkam door het leven wil stappen, of - per ongeluk - met 56 sterretjes in het gezicht.

Ander onderzoek heeft intussen aangetoond dat de kansen op succes voor allochtonen sterk toenemen indien er autochtonen tot het eigen netwerk behoren. We maken ons sterk dat de kans daartoe groter is als er geen hoofddoek in het spel is.
02/07/09 07u38
Bron DM

Commentaar
Standpunt van de werkgever: die met zijn hanenkam komt er niet in. Zeg dat we hem later eens zullen terugbellen. Dit met haar hoofddoek? Van ’t zelfde!
Bedenking: een hanenkam gelijk schakelen met een hoofddoek is van het goede teveel!
Maar die werkgever denkt in termen van rationaliteit. De Heer Arbeidsmarkt Deskundige wellicht ook, maar daarvoor is hij slecht geplaatst in zijn publieke geschriften. Hij vergelijkt de (wellicht minieme) gestoorde geestesgesteldheid van een op sensatie beluste puber, op een denigrerende manier met de al-dan-niet-gedwongen geloofsovertuiging van een verder onbesproken jonge vrouw. Zijn vergelijking stoort mij, islamofoob zijnde. Wat zou ze dan de betrokkenen zelf niet storen. Alhoewel, aan duidelijkheid laat ze niets te wensen over : U bent ongewenst op de arbeidsmarkt, in die vermomming Ben benieuwd of Seppe Weiss van het Spionnencentrum dat onbestraft zal laten…
Ten tweede. Zouden de Heren Islamisten eens duidelijkheid willen schappen over hun terminologie, die spijtig om zeggen, stilaan, mondgemeen is geraakt bij onze bevolking. Is het nu een Imman, een Iman, of een Imam? Wil de echte nu even rechtstaan? Of willen wij, bij gebrek aan duidelijkheid, ons verder behelpen met het woord ‘haat-vadertje’, naar analogie met de Orthodoxe pope, die ook graag ‘vadertje’, maar dan een liefdevol , vadertje wordt genoemd?
Ten derde. Ik moet de Heer Arbeidsmarkt Deskundige graag bijtreden als hij spreekt over de rol van de katholieke priester in de ontvoogding van onze Vlaamse studerende jeugd. Maar dan mag hij niet spreken van de jaren ’50 alleen. Die gezegende toestand bestond al lang van vòòr de 2de Wereldoorlog en tot lang er na. En dan komen er figuren op de voorgrond als Ernest Van der Hallen, en de zovele andere ‘onderpastoors van te lande’ zonder dewelke de Vlaamse Beweging nooit had kunnen openbloeien. Daarvan getuigen de Bisschoppelijke College’s en in mindere mate de Koninklijke Athenea. En in heel veel gevallen het Beroepsonderwijs, waaruit zovele kleine zelfstandige ondernemers zijn gegroeid, die welvaart en vreugde brachten voor zovele minder geslaagden…Ik zou trouwens niet graag instaan voor de lenigen door zovele eenvoudige priesters, moederkloosters of priesters-leraren in de college’s persoonlijk toegestaan aan begaafde jongens en meisjes, die van thuis uit te arm waren om de hogere universiteitstudies te betalen. Ik zou ze niet graag te ten geven, al die ‘vrije beroepers’, dokters, advocaten, magistraten, journalisten, professoren, die de eerste jaren van hun loopbaan dienden op te sparen, om hun wel zeer persoonlijke lening terug te betalen aan Meneer Pastoor. Ongezien en ongeweten.
Ten vierde. Redelijkerwijze mag er verondersteld worden, dat de verloning van de Heer Jan Denys rechtstreeks verband houdt met de hoogte van zijn salaris? Hoe langer de ronkende titel, hoe hoger het loon?
Ten vijfde. Ik zou zeggen: Heren Hoge Pieten : die zit! Het Ei van Colombus waar jullie nog niet aan gedacht hebben! Roep al die ‘Haat-Vadertjes’ bij mekaar, om ze in die zin van de katholieke priesters, te laten inwerken op de ùoslim-jeugd die in de moskee langs komt om die dwaze Korân-verzen van buiten te leren, of om gehersenspoeld te worden in de Jihad-leer. Stel daarbij hun ‘arbeidsvergunning’ afhankelijk van het dulden van iemand van onze bloedeigen Staatsvuiligheid naast ieder van hen, als ze, verplicht in het Nederlands, hun gelovigen toespreken. En voor de analfabete huismoeders die alleen hun eigen taaltje spreken : die worden ‘onderwezen’ samen en in hetzelfde lokaal op dezelfde uren als de mannen, door die Staatsambtenaar, met een be-edigd vertaler naast zich. Zodat er in de geesten gegoten wordt, wat er werkelijk gezegd wordt. Geef aan elke Staatsman desnoods 2 paracommando’s mee. Want het kot zal te klein zijn, dat deze ‘haat-vadertjes’ hun ondermijnend werk niet meer verder zouden kunnen zetten. Daarbij voordien slechts één vraag: zou een orthodoxe pope in de thuislanden hetzelfde toegestaan worden, als de ‘haat-vadertjes’ hier voor zichzelf opeisen? Bij weigering wordt de moskee eenvoudig weg gesloten. Reden? Insubordinatie! Staatsondermijnende activiteiten!
Wat zijn we nu begonnen!? Ik heb de Heren Wilders en DeWinter toch niet op verkeerde gedachten gebracht?

Geen opmerkingen: